Amsterdam, 24 februari 2021 – Met de PR zit het wel goed als het gaat om de plannen van de Febeko, de nationale honkbalbond van Curaçao. Als zelfs de Nederlandse kranten (en hier) erover schrijven dan heb je in ieder geval een stevige steen in de vijver gegooid. Maar wat is het nieuws, wat is er écht nieuw aan het nieuws, en wat zijn eventuele gevolgen.

Maar laat ik voor een beetje context beginnen met wat er niet nieuw is. En dat is dat Curaçao een eigen bond heeft (sinds 1934) én een eigen nationaal team. Als je het honkbal een beetje hebt gevolgd de laatste jaren, weet je dat, ook als dat alleen in Nederland is, want Team Curaçao hebben we bijv. in 2019 nog zien spelen op het World Port Tournament in Rotterdam en eerder, in 2016, op de Haarlemse Honkbalweek. Dat dit meer is dan zomaar een gelegenheidsteam blijkt ook wel uit vermelding van Curaçao op de wereldranglijst van de WBSC. Maar op de vierenzestigste plaats, tussen Kenia en Estland in, waar ze nu staan, heeft dit team natuurlijk niets te zoeken. Zelfs als er niets aan de samenstelling gaat veranderen zal dit team enorm gaan stijgen als er meer officiële internationale wedstrijden gespeeld gaan worden. Exhibitietoernooien zoals het WPT en de Honkbalweek tellen nou eenmaal niet echt mee voor de wereldranglijst.

Dan naar wat er wél nieuw is, of beter gezegd, wie er wel nieuw is, want dat is Jedrek Magdalena, sinds februari vorig jaar de nieuwe president van de Febeko. Hij is jong (29) en ambitieus en heeft volgens een quote op de site van de WBSC ondanks de Covid-19 pandemie een succesvol eerste seizoen achter de rug. Exact drie maanden geleden was hij in Nederland om met Tjerk Smeets, de Technisch Directeur van de KNBSB de praten. Op zijn Facebook-pagina staat dan ook een foto van hem én Smeets waarbij hij o.a. schrijft “Expect great collaboration between the Curacao National team & the Kingdom team”. Ik heb Smeets hier niet over gesproken, maar Stefaan Eskes, directeur van de KNBSB bevestigde gisteren dat het contact met de Febeko en Magdalena goed en constructief is en dat de KNBSB ook achter de ambitie staat om Curaçao hoger op de wereldranglijst te krijgen.

Wie er óók nieuw is bij de Febeko is good old Paddy Roomer die voor de Nederlandse honkbalinsiders ook geen onbekende is. Magdalena heeft zich vorig jaar november niet verveeld in Nederland want naast Smeets had hij ook twee meetings met Roomer die hij daarna vanaf Curaçao nog een aantal keer online gesproken heeft resulterende in een aanstelling voor Roomer als Commercieel Manager van de Febeko. Een rol die vergelijkbaar is met de rol die hij eerder ook voor de KNBSB heeft vervuld. Het interview over deze aanstelling dat op 21 januari jl. in Amigoe (lokale krant van Curaçao) verscheen deelde Roomer een dag later op zijn Twitter-account. Helemaal uit de lucht vallen komt die benoeming voor de honkbalvolgers ook niet, want op 20 november vorig jaar was Roomer al te zien in een livestream van Ban Dialogá Live op Facebook waar hij zijn idee “Eigenlijk verdient Curaçao het beste eigen nationaal team” uitgebreid uit de doeken mag doen.

En met dat idee begint het natuurlijk spannend te worden want in “het beste eigen nationaal team” van Curaçao spelen namelijk héél veel spelers die nu in “het beste Koninkrijksteam” spelen. En het is van tweeën één, of je speelt in het Nederlands Team of je speelt in Team Curaçao. 22 januari, een dag nadat bekendgemaakt is dat Roomer is aangesteld als Commercieel Manager, presenteert Magdalena de maand-voor-maand-plannen van de Febeko voor 2021 (binti binti uno), maar voordat hij hieraan begint kijkt hij nog een stukje verder en stelt dat deelnemen aan de World Baseball Classic in 2023 het hogere doel is waarnaartoe zal worden gewerkt. En dat is op z’n zachtst gezegd opmerkelijk te noemen omdat Nederland zich al voor dat toernooi geplaatst heeft en Curaçao bij de WBSC nog op geen enkele lijst van potentiële deelnemers staat.

En dan stuurt de Febeko op 16 februari een persbericht de wereld in waarin o.a. staat dat het de lange termijn ambitie van Curaçao is om zich te positioneren bij de top tien landen van de wereld. Dit persbericht wordt vergezeld met een viertal filmpjes van Hainley Statia, Jurickson Profar, Ozzie Albies en Jonathan Schoop waarin zij hun steun uitspreken voor de ambities van de Febeko. Wat niet in het persbericht is terug te vinden is de ambitie van de Febeko voor de WBC 2023, maar Roomer laat daar geen enkele twijfel over bestaan in zijn reactie op mijn vraag hierover “Men vindt een samenwerking met de KNBSB prima, maar dat doet niets af aan de ambitie en visie van Febeko en haar talentvolle bestuur, namelijk om in 2023 als land deel te nemen aan de World Baseball Classic”.

De reactie van Eskes, toen ik hem met zowel de uitspraak van Roomer als de eerder door Magdalena uitgesproken ambitie confronteerde, was nuchter en helder “Het is de insteek van FeBeKo en de KNBSB om het Koninkrijksteam op de eerste plaats te blijven zetten. Met de berichten van afgelopen periode is daar geen verandering in gekomen. Spelers hebben uitgesproken de plannen te steunen. Dat doet de KNBSB ook. Geen enkele speler heeft te kennen gegeven dat ze niet langer voor het Koninkrijksteam beschikbaar zijn. Het contact tussen de KNBSB, alle spelers en stafleden is solide en iedereen in het programma onderstreept het idee van de krachten bundelen; Curaçao, Aruba en Nederland samen. Daarin zijn we sterk.”. In het telefoongesprek dat ik daarna met Eskes had heb ik nog gedubbelcheckt dat de spelers van het Nederlands Team niet alleen niet te kennen hebben gegeven niet beschikbaar te zijn, maar ook wél te kennen hebben gegeven dat ze wél voor het Nederlands Team zullen blijven kiezen, en dat was het geval volgens Eskes.

Overigens claimt Roomer niet dat die spelers allemaal voor Curaçao zullen gaan spelen. Hij zegt daarover “Spelers hebben de vrijheid om te kiezen waar ze voor spelen. De inzet zal vanuit Febeko zijn, zoals reeds in de eerste zin vermeld, alle potentiële YDK spelers voor het nationale team te overtuigen om voor dushi Kòrsou te kiezen.”. Voor de niet- Curaçao-Kenners, YDK staat voor “yu di Kòrsou” en betekent “kind van Curaçao”. Dat standpunt herhaalde hij vanmiddag op Radio 1 in het programma B.V.S.C. waar hij te gast was.

Eskes en Roomer, de KNBSB en de Feboko, zitten voor de korte termijn sowieso op dezelfde lijn want over het OKT zegt Roomer “Zaken zijn er op gericht om het OKT niet in de weg te zitten en de blik op de periode erna te richten.”. En daar wil ik dan aan toevoegen dat omdat Nederland zich al geplaatst heeft voor de WBC in 2023 het onwaarschijnlijk is dat de topspelers, die dus ook al hun commitment voor het Koninkrijksteam hebben gegeven, ineens voor een heel onzeker avontuur met Curaçao zullen kiezen.

Al met al dus een aardig geslaagde publiciteitsstunt die de komende jaren geen gevolgen zal hebben voor het Koninkrijksteam. Persoonlijk vind ik dat jammer, niet alleen omdat ik ook vind dat Curaçao het beste eigen nationaal team verdient, maar zeker ook omdat Nederland het beste eigen nationaal team verdient, en met Nederland bedoel ik hier dus niet het Koninkrijk.